Een gebouw met alleen maar voorkanten – meestal werkt het in de automotive anders. Stedenbouwkundig diende dit gebouw zo ingebed te worden dat zowel de entree aan de noordzijde als de gevel naar de autoweg aan de zuidzijde representatief en uitnodigend moesten zijn. Aan de zuidzijde was sprake van een flink hoogteverschil, een hoge zonlast en passeert het verkeer met aanzienlijke snelheid. Als presentatie naar de passanten is gekozen voor groot en duidelijk gebaar, met één groot venster naar de showroom en een schuine luifel die de zonlast reduceert. Hier kan een auto op theatrale wijze geëtaleerd worden. Aan de noordzijde is de daadwerkelijke entree gesitueerd. Een strakke glazen gevel smeedt binnen en buiten tot één geheel. De pootprint van het gebouw is zo vormgegeven dat het fraai en logisch is ingebed in de groene setting. De chique, uitgesproken uitstraling gaat samen met een heldere en ‘leane’ hoofdstructuur.